Gary Rabelink

Zelfontwikkeling - Brenda’s Weken

Opinie

Brenda’s Weken 2020 (opinie 14)

De Brenda Westra Opinieprijs wordt jaarlijks door Nyenrode Business Universiteit en Stichting Future Finance uitgereikt en is gericht op vernieuwende, duidelijk opiniërende, vlot geschreven, voor het accountantsberoep en –onderwijs actuele opiniestukken. Op vrijdag 2 oktober wordt deze prijs uitgereikt, vandaar dat de aankomende tijd The Accountables is omgetoverd tot Brenda’s Weken, waarbij gedurende deze weken elke dag een opinie van een van de genomineerde centraal staat. Gary Rabelink behaalde in 2019 de Master Accountancy aan Nyenrode en studeert nu in de Post-Master. Hij werkt als Audit Senior bij KPMG.

Intuïtie en regelgeving: de weg naar succes!

Ik kijk eens in mijn kast, netjes staan daar vier kantoorhandboeken op een rij. Ik heb alweer een plekje gecreëerd voor het nieuwe handboek dat vanaf komend boekjaar beschikbaar zal zijn. In de vier jaar dat ik werkzaam ben bij één van de Big 4-kantoren is er ieder jaar weer een nieuw handboek uitgebracht. Wanneer ik een plank verder kijk staan daar netjes opgestapeld de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving, de IFRS-bundels en de NV COS. Prettig zou je denken, veel richtlijnen en wetgeving waarin voorgeschreven staat hoe de accountant te werk moet gaan. Dan kan er toch niets meer mis gaan? En toch dwalen mijn gedachten af naar de recente gebeurtenissen uit het praktijkveld.

De accountant dient als vertrouwensman van het maatschappelijke verkeer (Wallage, 2005). Deze vertrouwensfunctie is de laatste jaren flink onder druk komen te staan met recente schandalen als het Steinhoff-schandaal (Week, 2018) en het Vestia-schandaal (Pheijffer, 2012). De geleverde kwaliteit in de accountancysector wordt de laatste tijd dan ook flink bekritiseerd. En toch al die handboeken in mijn kast die dergelijke situaties moeten voorkomen. Dit is dus niet genoeg. De accountant dient niet alleen de handboeken te kennen, maar zich ook bewust te zijn van zijn of haar eigen gedrag. Soms moet hij of zij zich laten leiden door wat ingegeven wordt door zijn of haar intuïtie, gebaseerd op ervaringen die zijn opgedaan in de praktijk.  Om bovenstaande stelling kracht bij te zetten wordt de link tussen controlekwaliteit en intuïtie in de volgende paragraaf toegelicht.

Controlekwaliteit vs. Intuïtie

Controlekwaliteit en intuïtie zijn nauw met elkaar verweven. Dit is al eerder aangehaald in de opinie van Laura Tersteeg uit 2018 (Ter Steeg, 2018).  Zij roept de accountancysector op om effectief gebruik te gaan maken van de intuïtie van het individu in de besluitvorming van de accountant. Hebben we hiernaar geluisterd? Ik denk het niet. Richtlijnen en wetgeving overheersen in de hedendaagse praktijk. Toch is de controlekwaliteit die wij beogen in de sector, in belangrijke mate verbonden met de intuïtieve ingevingen van het individu.

Het ‘pluis-niet-pluis-gevoel’ (PNP-gevoel) speelt een belangrijke rol bij de besluitvorming van artsen. Zo geeft het medisch-tuchtcollege regelmatig aan dat artsen eerder hun zogeheten PNP-gevoel dienen te raadplegen. Het zogenoemde ‘Gut-feeling’-concept speelt derhalve een belangrijke rol binnen de beroepsgroep van medici. Quadackers (2013) is van mening dat de accountancybranche hier een voorbeeld aan dient te nemen door ook vaker af te gaan op deze ‘gut-feelings’.

De ‘gut-feeling’ en intuïtie worden als twee gelijke begrippen gedefinieerd (Hayashi, 2001; George & Dane, 2016). Naast Quadackers (2013) wordt er in meerdere onderzoeken gesteld dat de intuïtie van het individu kan bijdragen aan de effectiviteit van de besluitvorming (Dane & Pratt, 2007; George & Dane, 2016).

Angst regeert

Ook de Autoriteit Financiële Markten en de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants zijn zich bewust van het feit dat de controlekwaliteit achterblijft, hierover hebben zij diverse rapportages geschreven (AFM, 2010; AFM, 2014; NBA,2014). In deze rapportages blijkt niet alleen het aanscherpen van wet- en regelgeving een belangrijk onderwerp. Ook de verandering van cultuur wordt hierin uitgebreid beschreven.

Hieruit blijkt dat de accountancysector behoefte heeft aan gedragsverandering en effectievere besluitvorming. Men is er ook diverse keren op gewezen dat het inzetten op intuïtie in de besluitvorming hier een positieve bijdrage aan kan leveren. En toch gebeurt dit nog onvoldoende. ‘Waarom?’, hoor ik u denken. Dit heeft alles te maken met een heuse angst die de sector regeert.

Een angst voor slechte publiciteit en hoge boetes heerst binnen de beroepsgroep. De aanwezigheid van deze angst wordt onderstreept in een interview met oud NBA-voorzitter Huub Wieleman (Piersma, 2015) waarin hij aangeeft dat de accountant bang is zich niet aan de wet- en regelgeving te houden en daarom principes verruilt voor regels. Dit leidt tot het invullen van de vele checklists, gerelateerd aan de vele richtlijnen en handboeken die zijn opgesteld. Deze checklists moeten waarborgen dat men voldoet aan de wetgeving en richtlijnen met betrekking tot de accountantscontrole, wat vervolgens tot een verhoogde controlekwaliteit dient te leiden. De grote vraag is of deze checklists daadwerkelijk het gewenste effect realiseren.

Combineren is mogelijk

In mijn masterscriptie heb ik specifiek gekeken naar de invloed van intuïtie op de risico-inschatting van de accountant. Uit dit onderzoek blijkt dat enkel inzetten op een intuïtieve besluitvorming niet leidt tot een hogere kwaliteit. Het is de combinatie van regelgeving met intuïtie die zo belangrijk is. Zo blijkt dat een ervaren accountant betere beslissingen neemt op grond van zijn intuïtie, dit in tegenstelling tot de minder ervaren accountant. Daaruit trek ik de conclusie dat de theoretische basis bij nieuwe accountants voorgeschreven moet worden in handboeken en richtlijnen maar zodra de accountant meer ervaren is, hij ook zijn intuïtie moet betrekken in de beslissingen die hij neemt.

Wanneer ik nog eens naar mijn boekenkast kijk, kom ik tot de conclusie dat het met die theoretische basis wel goed zit. Intuïtie blijkt echter een moeilijker fenomeen, dat binnen de accountancysector onvoldoende geïntegreerd is. Toch is de combinatie van intuïtie met die vele richtlijnen de kracht van een goede besluitvorming. Ik hoop dat ik de sector met deze opinie kan overtuigen om meer in te zetten op trainingen in intuïtieve besluitvorming en dat het lege plekje in mijn kast voor één keer leeg blijft.

Voor het plaatsen van reacties, hou graag rekening met onze spelregels.

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *