‘Thijs en Nick’

Cultuur

Interview

Een reis door de werelden van accountancy

De vrijheid om jezelf te zijn op een groot kantoor
Het komt regelmatig voor dat accountants hun carrière beginnen op een groot kantoor en na een paar jaar overstappen naar een kleinere organisatie. Maar het omgekeerde gebeurt ook. Een gesprek met twee accountancystudenten over hoe zij, na gewerkt te hebben bij de overheid en een next-10-kantoor, uiteindelijk op een big 4-kantoor hun draai vonden.

De omgekeerde route
Thijs en Nick* begonnen allebei bij de overheid. “Doe jij niet de omgekeerde route?” vroegen hun collega’s toen ze net begonnen. De meeste collega’s waren al ouder en hadden al ervaring buiten de overheid. Thijs en Nick  wisten toen ze instroomden nog niet zo goed wat de verschillen waren. Werken bij de overheid kwam bij toeval op hun pad. Nick: “Er werd ook tegen me gezegd: het is bijna precies hetzelfde. Daarna ontdek je dat er toch wel heel specifieke kennis voor nodig is. En dat krijg je niet in de opleiding. Als je tijdens colleges iets leert over een proces dan gaat het nooit over de overheid.”

*Nick en Thijs zijn niet hun echte namen. De namen van de geïnterviewde studenten zijn bekend bij de redactie.

Goed vertrouwen
Thijs: “Ik zag bij de overheid wel elementen van de studie terugkomen, maar er werd wel op een andere manier met geldstromen omgegaan. Bij het big 4 kantoor waar ik nu werk kijken we naar allerlei verschillende risico’s, maar bij de overheid wordt met name gekeken naar het overheidsrisico. Er werd veel van goed vertrouwen uitgegaan. Toen ik er werkte zaten veel collega’s er al 20 of 30 jaar. De laatste jaren verandert dat wel, er worden meer medewerkers aangetrokken met ervaring bij de big 4.”

Op zoek naar afwisseling en uitdaging
Ze vertrokken allebei bij de overheid omdat ze zich verder wilden ontwikkelen. “Bij de overheid had ik één grote opdracht door het hele jaar heen,” zegt Thijs, “Het was een hele leuke opdracht, met echt mijn type mensen. Toch wilde ik me op een andere manier ontwikkelen, meer klanten zien en typologieën zien.” Nick: “Ook is de werkdruk bij de overheid veel lager, vooral tijdens busy season. Als je jong bent heb je nog heel veel energie om veel te leren. Ik miste een beetje uitdaging.”

Het beste van twee werelden
De volgende stap van beide studenten was dus een kleinere accountantsorganisatie. Maar ook daar bleven ze niet. Nick: “Ik zat twee weken bij een zorgverlener, dan weer bij een week bij een fabriek en vervolgens twee weken bij een stichting. De basis kreeg ik zo heel goed onder de knie. Maar ik had bij al die verschillende klanten niet de tijd om echt goed in de materie te duiken. Ik vond de financiële dienstverlening en grote multinationals heel interessant, en dat kan alleen bij de big 4. Ik heb verschillende klanten maar ben wel langere perioden bij een klant betrokken. De typologieën die ik leer tijdens de studie kan ik ook in mijn werk toepassen. En ook de werkdruk die ik miste bij de overheid daar ontbreekt het nu helemaal niet aan. Ik vind dit wel the best of both worlds.”

Cultuur is belangrijk
Thijs had daarnaast nog een andere reden om weg te gaan bij het kleine kantoor waar hij werkte, namelijk dat de cultuur van het kantoor niet bij hem paste: “De mensen werkten al jaren samen en ik kon daar niet meer tussen komen. Ook omdat ik bij de overheid vandaan kwam, dan ben je toch op een bepaalde manier gevormd. Als ze daar dan niet voor open staan dan valt er snel een gat. Daarom is cultuur en acceptatie van mensen zo belangrijk. Mensen met een andere cultuur kunnen jou ook helpen om tot een betere audit te komen.”

Diversiteit
Nick  beaamt dat: “Bij een groot kantoor werk je steeds met verschillende mensen in verschillende teams. Mensen zijn flexibeler in de omgang en er is meer diversiteit. Ik heb nu veel collega’s uit het buitenland die hier een paar maanden of definitief komen werken. Zij zijn heel nieuwsgierig, vragen bijvoorbeeld: wat is Koningsdag dan eigenlijk? Ze vertellen ook over hun eigen cultuur. Iedereen is verschillend en dat is allemaal oké. Bij een kleinere accountantsorganisatie merk je dat iedereen een beetje hetzelfde wil zijn. Je begint ook echt op elkaar te lijken als je een paar jaar met elkaar samen werkt. Bij de big 4 werk je iedere dag weer met iemand anders. Ik heb wel het idee dat je dan meer uniek en jezelf kan zijn.”

Met z’n allen lunchen
Als het klikt heeft een klein kantoor wel voordelen. Nick: “Bij het kleine kantoor heb ik kort gewerkt maar ik merkte dat ik daar wel in de groep paste. Ik mis soms wel de gewoontes, elke dag met elkaar lunchen bijvoorbeeld. Nu moet ik meer nadenken: wat zal ik vandaag weer doen met de lunch?” Een heel verschil met de ervaring van Thijs: “Ik had bij de lunch op het kleine kantoor vaak het gevoel dat ze het liever oversloegen. Waar ik nu werk gaan we met z’n allen eten tussen de middag, ook als we bij de klant zijn. Dat vind ik juist heel fijn. Daarnaast zit je elke keer met andere teams en heb je het steeds over andere dingen.”

In de wandelgangen
Bij de overheid hadden Thijs en Nick  allebei het gevoel dat ze alles konden uitspreken. Bij de kleine kantoren waren ze voorzichtiger. Nick: “Daar werd meer in de wandelgangen over elkaar gepraat, zowel positief als negatief. Als je verloofd bent dan weten ze het heel snel. Maar ook als je iets niet goed doet. Dan wil je minder snel fouten maken omdat je dan bang bent dat iedereen het weet en niet meer met je wil samenwerken. Bij een klein kantoor werken ook meer mensen met veel ervaring. Bij de big 4 is het oké om vragen te stellen en fouten te maken, dat hoort bij het proces. Ze zijn daar meer gewend om jonge mensen op te leiden. Als je er maar van leert en stappen maakt.”

Kan je dat wel?
Als Nick  bij het kleine kantoor naar de manager toestapte omdat hij iets moeilijks wilde oppakken, werd dat wel gewaardeerd. Bij een groot kantoor ervaart hij dat anders: “Hier zit je steeds bij een andere manager, die moet dan eerst kijken: kan je die taak wel aan? Bij een klein kantoor weten ze sneller: oh die persoon kan dat wel.” Maar dat kan ook negatief uitpakken. Thijs heeft juist het gevoel dat hij zich bij de big 4 beter kan ontwikkelen en beter kan laten zien wat hij kan. “Bij het kleine kantoor waren de mogelijkheden beperkt. Als je één keer iets verpest weet iedereen het meteen.”

Ook binnen grote kantoren is er verschil
Toch lijkt vooral de persoonlijkheid van de manager – en niet de grootte van het kantoor – te bepalen hoe zelfstandig je kunt werken. Nick: “Het hangt af van je team. Bij de ene supervisor had je samen contact met klanten. Maar een andere senior had liever zelf contact met klanten. Het is maar net of je genoeg vertrouwen hebt gewonnen om volgende stappen te zetten.” En bij een groot kantoor verschilt de cultuur ook per vestiging.

Ongeschreven regels
Zijn er bij kleinere kantoren meer ongeschreven regels dan bij grote? “Ja”, zegt Nick: “Bijvoorbeeld dat je voor een bepaalde tijd op kantoor bent. Bij een groot kantoor zijn sommigen er om 7 uur en anderen om half tien. De basis is bij ons kantoor als je maar je uren maakt en het werk afkrijgt. Als je eerder naar huis gaat zeggen ze op een klein kantoor ‘Oh ga je nu al naar huis?” Thijs: “Bij het big 4 kantoor waar ik werk is er ook tijdens busy season ruimte om dit verschillend in te vullen. Er zijn mensen die werken tot 2 uur ’s nachts en die vinden dat alleen maar heerlijk. Maar er zijn ook mensen die werken tot 20 uur en die dan aan hun taks zitten.”

Uiteindelijk ga je bij alle kantoren overwerken
“Het grootste verschil tussen groot en klein kantoor is het type klanten”, zegt Nick. “Bij grote kantoren heb je meer klanten met grote risico’s, bij kleine kantoren kleinere klanten, met kleinere risico’s. Dat neemt niet weg dat er genoeg issues spelen bij kleine klanten. Ik denk dat dat meer de overweging moet zijn bij je keuze dan de cultuur binnen een kantoor. Want je gaat uiteindelijk bij alle kantoren overwerken. Bij de overheid heb je natuurlijk wel veel minder werkdruk. Daar heb ik ook wel een beetje overgewerkt maar beperkt. Maar bij een kantoor, klein of groot, lopen deadlines vaak langer door en zijn ze strak gepland.”

Het belangrijkste zijn de mensen met wie je werkt
Zien ze zichzelf nog teruggaan naar de overheid of naar een kleiner kantoor? Nick: “Op alle drie de plekken waar ik heb gewerkt heb ik mezelf op verschillende manieren ontwikkeld. Ik had nooit de persoon kunnen zijn die ik nu  ben als ik niet al die tools had meegekregen. Ik zit nu goed waar ik zit, maar ik weet niet hoe ik over vijf jaar in mijn leven sta. Of ik de accountancy helemaal uit wil, of terug naar het persoonlijke. Of naar dat hele specialistische van de overheid.” Voor Thijs geldt dat ook: “Ik wil me nu verder ontwikkelen in de organisatie waar ik nu zit en de RA-titel behalen. En daarna ga ik wel weer verder kijken. Uiteindelijk doe je overal hetzelfde. En dan merk je hoe belangrijk de mensen zijn met wie je samenwerkt.”

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *