Nino van Dijk en Simcha Kruithof
Interview
Nino van Dijk en Simcha Kruithof – Over topsport en werken voor een Big 4
Werken in de audit en daarnaast studeren. Die combinatie kennen we. Sommigen gaan echter een stap verder. Nino van Dijk (27 jaar) en Simcha Kruithof (21 jaar) zijn beiden werkzaam bij een Big 4 kantoor en volgen een universitaire studie, zoals velen anderen. Beiden schaatsen daarnaast echter op (bijna) het hoogste niveau van Nederland en één van de twee ziet zichzelf nog wel op de Olympische Spelen verschijnen. In dit interview vertellen zij meer over deze combinatie. Waarom en hoe doen ze dit en hoe hoog leggen ze de lat voor zichzelf?
Kunnen jullie iets over jullie sport vertellen?
Nino: Al sinds mijn zevende ben ik aan het schaatsen. Eerst een keer in de week om te leren schaatsen voor het natuurijs, later ook wedstrijdjes en uiteindelijk stond ik dagelijks op het ijs om mijn doelen na te streven. Lange tijd heb ik mij gefocust op het langebaanschaatsen, waarbij ik twee keer reserve ben geweest op het NK Allround. Met de stap naar de Big 4 kwam ook het besef dat de strakke trainingsschema’s moeilijk te combineren zouden zijn met werk en studie, waardoor ik de keuze heb gemaakt om te gaan marathonschaatsen. Hier heb ik de vrijheid gevonden om de meeste trainingen zelf in te delen en kan ik mij nog steeds ontwikkelen op het hoogste niveau. Afgelopen seizoen heb ik twee wedstrijden mogen winnen, waarmee ik promotie heb afgedwongen naar het hoogste niveau.
Simcha: Ik ben rond mijn achtste wekelijks gaan schaatsen bij de plaatselijke schaatsclub. Op mijn twaalfde ben ik iets meer gaan trainen en vanaf mijn zestiende werd schaatsen pas echt serieuzer, toen ik bij de baanselectie terecht kwam. Sindsdien train ik dagelijks, terwijl ik dit combineer met mijn studie Economics and Business Economics in Utrecht. Dit ben ik sinds april 2024 gaan combineren met een baan als werkstudent bij Deloitte, waar ik de vrijheid heb gekregen om werk te kunnen combineren met mijn sport. Mijn doel is om binnen 1-2 jaar aan het NK-senioren deel te nemen. Dit zal dan op de sprintafstanden zijn, want mijn specialiteit ligt bij de 500 en de 1000 meter.
Jullie hebben vast een ongelooflijke liefde voor de sport óf een enorme interne drijfveer, om naast een maatschappelijke carrière en studie ook nog topsport te beoefenen.
Nino: Eigenlijk mijn hele leven houd ik ervan om een uitdaging aan te gaan. Vanaf de middelbare school heb ik studie, sport en werk moeten combineren. Op een gegeven moment besefte ik mij ook dat de sport zoals ik die uitoefende niet te combineren was met een maatschappelijke carrière, omdat ik daarvoor dagelijks op de ijsbaan te vinden zou moeten zijn. Door van discipline te wisselen kon ik mijzelf weer op een nieuwe manier uitdagen, terwijl dit ook nog te combineren was met mijn werk. Ik haal er ontzettend veel plezier en energie uit om mezelf ook naast het werk te ontwikkelen. Als je een slechte dag op werk hebt gehad, begint op de ijsbaan weer een nieuwe dag en kun je je gedachten helemaal verzetten. Daarom zou ik mijn topsportcarrière ook voor geen goud willen missen.
Simcha: Van jongs af aan was ik fanatiek: bij een spelletje van de familie deed ik er alles aan om te winnen. Toen we met schaatsen op de trainingsuren begonnen met estafettes tegen elkaar, merkte ik hoe leuk het ook in het schaatsen kon zijn om vol voor de winst te gaan. Door mij elk jaar te verbeteren en daardoor de bevestiging te krijgen dat ik op de goede weg zit, blijf ik gemotiveerd om alles uit mezelf te halen. Vanaf de middelbare school combineer ik topsport al met een opleiding, waardoor ik me tegelijkertijd ontwikkelde op het gebied van plannen. Door goed te plannen maak ik het voor mezelf mogelijk om het schaatsen te combineren met werk of een studie. De flexibiliteit die ik daarbij ontvang en de verbetering die ik tegelijkertijd op het ijs zie, helpen mij het plezier in de sport te behouden, waardoor het niet als een last, maar juist iets extra leuks voelt. Het constant verbeteren en elke training weer kijken waar net die extra procent verbetering in kan zitten, geeft mij een echte kick.
Veelal is werken bij een Big 4 en een zware universitaire studie al vrij uitdagend. Maar jullie doen daar nog topsport bij. Hoe doen jullie dat?
Nino: Het is belangrijk om duidelijk te zijn naar collega’s, maar ook naar jezelf. Uiteindelijk moet je zelf weten wat je wilt, en wat je nodig hebt om je doelen te bereiken. Als je dit vervolgens naar collega’s uitdraagt, bijvoorbeeld om afspraken te maken over wanneer ik eerder weg moet, vrij nodig heb of op bepaalde momenten juist door wil werken, dan is de reactie eigenlijk altijd positief! Zolang ik zaken tijdig bespreekbaar maak, is er heel erg veel mogelijk. Daarnaast is het in ons beroep ook lekker dat we de mogelijkheid hebben om op (voor mij) rustige periodes weer extra door te werken. Op die manier kan ik weer wat overuren opbouwen om een weekje extra op trainingskamp te gaan.
Simcha: Omdat ik het druk heb met schaatsen heb ik ervoor gekozen om mijn bachelor in vier jaar tijd te doen, om wat extra tijd over te houden. Hierdoor kwam er ook tijd vrij om te gaan werken. Ik werk momenteel 24 uur per week, waardoor het voor mij goed mogelijk is om deze activiteiten te combineren. In plaats van drie volle dagen werken, werk ik vier dagen wat korter, zodat ik voor en na het werk kan trainen. Hier is natuurlijk de flexibiliteit vanuit de werkgever voor nodig en het is ontzettend fijn dat ik die momenteel heb gekregen. Door tijdig aan te geven hoe mijn werkdagen er uitzien en hierover te overleggen, is er altijd veel mogelijk.
Daarnaast heb ik, zeker in mijn eerste maanden, veel contact met Nino gehad over wat de handigste aanpak is bij sommige zaken. Voor mij is het ook handig geweest dat er al iemand werkzaam was met de ervaring van het combineren van de sport met werk. Bovendien krijg je vanuit bijna alle collega’s regelmatig positieve feedback en enthousiaste reacties wanneer je vertelt over je sport. Iedereen is eigenlijk altijd wel bereid om mee te denken.
Moeten jullie niet op alle drie de gebieden opofferingen maken?
Nino: Uiteindelijk moet je vaak keuzes maken. Daarom is het ook belangrijk om focus te houden op de dingen die voor mij op dat moment de meeste prioriteit hebben. Dat betekent dat soms het werk weer wat minder gaat, en soms ook het sporten. Het is daarbij van groot belang om het grotere geheel in beeld te houden, en te zien dat je jezelf uiteindelijk op beide vlakken kunt ontwikkelen. Je kunt niet altijd zes gooien! 😉
Simcha: In eerdere jaren heb ik weleens voornamelijk geschaatst. Doordat je tussen de trainingen door enorm veel tijd over hebt waarin je moet herstellen van de trainingen (zeker als sprinter zijn de trainingen vaak niet zo heel lang maar is de hersteltijd wel heel belangrijk) is er veel tijd over. Ik merkte zelf dat ik, wanneer ik weinig te doen had in deze tijd, mij begon te vervelen en ik iets meer uitdaging naast het trainen zocht. Door nu te werken in deze tijd, word ik meer uitgedaagd en merk ik dat het mij ook energie geeft. Toch is er natuurlijk wel de kanttekening dat door het drukkere schema elke week, het soms lastiger is om lang te slapen, en op kantoor zitten werken vergt uiteindelijk toch meer energie dan echt volledig uitrusten op de bank. Het is dus altijd een zoektocht naar een balans, maar ik denk dat ik momenteel vrij dicht bij de juiste balans voor mij zit.
Hoe hoog ligt de lat bij jullie?
Nino: Ik probeer iedere dag weer een stukje beter te worden dan de dag ervoor. Zolang ik steeds weer wat nieuws leer en mezelf weer kan uitdagen haal ik er genoeg plezier uit om hiermee door te gaan. Of dit nou werk is of sport, als de ontwikkeling stil gaat staan dan denk ik niet dat ik er voldoende energie uit haal om er mee door te gaan. Zolang ik dit op beide vlakken kan combineren zal ik hier ook lekker mee doorgaan. Uiteindelijk heeft een topsportlichaam ook maar een beperkte levensduur, dus ik wil er in ieder geval van genieten zolang dit nog kan.
Simcha: Ik denk dat het lastig is om werk te blijven combineren met de sport wanneer je op het niveau zit om Olympisch goud te halen. Zeker in het schaatsen betekent dit niveau ontzettend veel reizen en gaat er nog een stuk meer tijd in de sport zitten dan nu. Aangezien de Olympische Spelen uiteindelijk altijd de ultieme droom blijft en voor een drive zorgt, zou dit kunnen betekenen dat er op een gegeven moment een keuze gemaakt moet worden.
Momenteel kan ik werk en sport goed combineren en zie ik de vooruitgang in het schaatsen. Zolang deze combinatie goed gaat, wil ik voor beide blijven gaan, omdat ik mijn maatschappelijke carrière ook als een geweldige uitdaging zie waarin ik mijzelf wil ontwikkelen en verbeteren. Het zou kunnen dat ik ergens in de komende jaren een keuze zou moeten gaan maken om vol voor de sport of maatschappelijke carrière te gaan, maar zolang dit niet nodig is blijf ik het graag combineren. Bovendien is er ook na een eventuele professionele carrière nog tijd om te maatschappelijke carrière voort te zetten.
Doe jij ook iets bijzonders naast je werk en studie? En zou je daar graag over willen vertellen? Laat het ons (de redactie) weten via onze website!
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!