Hedwich Daman

Zelfontwikkeling

Opinie

Brenda’s Week (opinie 3)

De Brenda Westra Opinieprijs wordt jaarlijks door Nyenrode Business Universiteit uitgereikt en is gericht op vernieuwende, duidelijk opiniërende, vlot geschreven, voor het accountantsberoep en –onderwijs actuele opiniestukken. 4 oktober vindt de uitreiking plaats, vandaar dat deze twee weken The Accountables is omgetoverd naar Brenda’s Week, waarbij gedurende deze weken elke dag een opinie van een van de genomineerde centraal staat. Vandaag de opinie van Hedwich Daman. Hedwich behaalde in 2019 op Nyenrode haar Post-Master. Ze werkt bij EY.

OOB-status voor woningcorporaties: oplossing of symptoombestrijding?

 De derivaten van Vestia. Het cruiseschip van Woonbron. De Maserati van Rochdale. Slechts een kleine greep uit de schandalen die de aanleiding vormden voor de Parlementaire enquête woningcorporaties. De voorgestelde oplossing? Een status als organisatie van openbaar belang (OOB) voor woningcorporaties. Bij een OOB-status mogen enkel nog accountantsorganisaties met een OOB-vergunning de controle van woningcorporaties uitvoeren. Een omslag van totale vrijheid naar het meest strikte regime dat de wetgever aan woningcorporaties kan opleggen.

De vraag is: is dit een passende oplossing? Wordt hiermee het probleem aangepakt of is er slechts sprake van symptoombestrijding? Deze voorgestelde oplossing is meer symptoombestrijding dan een goede aanpak van het probleem. Het raakt immers voornamelijk de accountant. De oplossing zou al eerder in het proces moeten zitten: bij het aangaan en uitvoeren van activiteiten door de woningcorporatie, in plaats van bij de verantwoording achteraf. Bij de woningcorporatie zelf, in plaats van bij de accountant.

 OOB-status: a bridge too far?

Wanneer het gaat over OOB’s, wordt al snel gedacht aan organisaties als Shell, ING en ABN AMRO. Complexe organisaties met duizenden medewerkers. De gemiddelde woningcorporatie komt niet eens in de buurt van een honderdtal medewerkers. Het is niet realistisch om hetzelfde te verwachten van hen als van de ‘grote jongens’. Het aanmerken van woningcorporaties als OOB lijkt een doorgeslagen poging om de schandalen terug te dringen, bij een type organisatie dat er niet voor ingericht is om een OOB-status aan te kunnen. Het verwachte, bijkomende in control-statement is een brug te ver voor het merendeel van de woningcorporaties. Zeker in de huidige vorm.

Toenemende druk op de accountant

Dat neemt niet weg dat er iets moet gebeuren. De oplossing moet echter wel passend zijn voor het probleem. De grootste druk van de OOB-status komt te liggen bij de accountants, niet bij de woningcorporaties. De accountants dienen meer werk te verrichten. Zo moeten ze een onafhankelijke kwaliteitsbeoordeling uit laten voeren voor elk dossier. Het aantal accountantsorganisaties met een OOB-vergunning loopt steeds verder terug. Met het teruggeven van de vergunning door Baker Tilly, Accon AVM en Grant Thornton blijven er nog slechts zes accountantsorganisaties over die straks de controle van een woningcorporatie mogen uitvoeren.

Toegevoegde waarde?

Het beperkte aantal accountantsorganisaties verhoogt niet alleen de druk op de accountant, maar jaagt ook de kosten omhoog. De vraag is in hoeverre deze extra druk en kosten leiden tot een hogere kwaliteit en een oplossing van de problemen in de sector. Gaat de OOB-status hierbij van toegevoegde waarde zijn? Het feit dat er sprake is van een OOB, zou er niet toe mogen leiden dat de kwaliteit van een controle omhoog gaat.

Uit mijn scriptieonderzoek bleek dat de accountantskeuze niet van invloed is op het risico dat financiers toekennen aan een woningcorporatie. Dat toegekende risico is een indicator voor de kwaliteitsverschillen tussen accountantsorganisaties. Het beperken van de accountantskeuze door de OOB-status levert geen hogere kwaliteit op. De OOB-status heeft dus, vanuit de accountantscontrole bezien, geen toegevoegde waarde voor het oplossen van de problemen in de woningcorporatiesector.      

 Symptoombestrijding

Natuurlijk zijn er ook bij de accountant in het verleden zaken fout gegaan bij de controle van woningcorporaties. De accountants van Vestia hebben niet zonder reden een waarschuwing en een berisping gekregen. De fouten in de jaarrekening waren echter het gevolg van de problematische activiteiten van de woningcorporaties en enkele van haar medewerkers. Het is het bestrijden van een symptoom: de foutieve verantwoording. Het probleem, namelijk de keuze voor verkeerde activiteiten, wordt niet aangepakt.

Hoe dan wel verder?

Bij de woningcorporaties zelf moet de grootste stap worden gemaakt, maar in de huidige oplossing wordt de accountant het meest geraakt door de OOB-status. Toch geven elementen van de OOB-status, rekening houdend met de omvang van woningcorporaties, ruimte om verbetering af te dwingen bij woningcorporaties. Een in control-statement dwingt af dat de woningcorporatie haar interne procedures scherper opstelt en naleeft. Door een betere focus op de activiteiten die door de woningcorporatie en haar processen heenlopen, kunnen ongebruikelijke en ongepaste acties sneller gesignaleerd en aangepakt worden.

Het is van belang dat de vereisten van het in-control statement passend worden gemaakt voor (de omvang van) woningcorporaties. Hierbij kan gedacht worden aan een link naar de Woningwet, waarin de toegestane activiteiten van woningcorporaties opgenomen zijn, en de naleving hiervan. Echter, ook zonder OOB-status kan een in control-statement ingevoerd worden. Dan kan zo’n statement mogelijk zelfs beter passend gemaakt worden voor woningcorporaties.

Oorzaak aanpakken

Het is belangrijk om te kijken naar de echte oorzaak van de problemen. Gemene deler van de schandalen zijn zelfverrijking en een verkeerde cultuur. Vanuit het management en de directeur-bestuurder. Door de juiste mensen aan te trekken voor deze posities kan een groot deel van het herhalingsrisico weggenomen worden. Voor de leden van de raad van toezicht en de directeur-bestuurder is al een ‘fit and proper’-toets ingevoerd. Door deze toets uit te breiden naar het management en andere sleutelposities, kan het risico op herhaling van de schandalen verminderd worden.

Verantwoordelijkheid op de juiste plek

De OOB-status lijkt een noodgreep te zijn om een symptoom van de problemen in de woningcorporatiesector te bestrijden. Het is echter niet aan de accountant om de problemen in de sector op te lossen. Deze verantwoordelijkheid dient teruggelegd te worden bij de sector zelf.

De wetgever dient dan ook de focus te verschuiven van de kwaliteit van de verantwoording over de verrichte activiteiten naar de activiteiten zelf die verricht worden en wie deze activiteiten verricht. Bestrijd de oorzaak, niet het symptoom.

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *